Eigenlijk is dit recept van deze kaneelbroodjes iets wat ik heb samengesteld uit een mix van andere recepten. voortbordurend op het eerdere “pull-apart-bread” hier op deze blog. Maar dan weer het uiterlijk van een koffie-broodje en de smaak van een bolus 😉 ofzo. In elk geval heb ik de hoeveelheden aangepast, zodat je voor deze kaneelbroodjes heel makkelijk een standaard springvorm/taart blik kunt gebruiken. Die heeft tegenwoordig iedereen wel in huis.

Het recept voor de kaneelbroodjes:

-300 gram bloem
-30 gram suiker
-5 gram gist
-1 tl zout *
-40 gram boter
-50 gram volle melk
-50 gram water
-60 gram rozijnen
-1,5 eieren
optioneel:druppeltje vanille-extract

voor de vulling:

-60 gram bruine basterdsuiker (of gewone, maar dan worden ze een beetje pips)
-2 tl kaneel
-1 tl gemalen nootmuskaat of doe eens gek: kardemom..heel zweeds..(toch?)
-50 gram gesmolten en gebruneerde boter. (laten smelten tot de boterbestanddelen bruin kleuren)

*= De meeste mensen hebben de neiging om in zoet gebak te weinig zout toe te voegen. Het is ook vaak onduidelijk hoeveel een “snufje”  zout is, of een “mespuntje” of zelfs een “theelepel”. Van dat laatste heb ik zo’n 5 verschillende maten in mijn keukenlade liggen. Welke dan te pakken? Voor veel recepten wordt het Engelse theelepeltje gebruikt, wat een stuk groter is dan het Nederlandse theelepeltje. Dus voor dit recept gebruik ik een afgestreken Nederlands lepeltje. Maar je kunt er niet snel teveel in doen.

Goed. We gaan verder met het recept.

Meng de droge ingrediënten (bloem, suiker, gist) door elkaar. Daarna doe ik het zout erbij..heb gehoord dat gist en zout naast elkaar de gist minder doet rijzen, vandaar dat ik er eerst een laagje bloem om roer. Het lijkt te werken. Zet de kom even weg.

boter rozijn mengsel maken


Smelt de boter en melk in een pannetje tot de boter bijna gesmolten is, haal van het vuur, laat de boter verder smelten en doe er het water en eventueel een drupje vanille-extract bij. Of een scheutje rum. Het mengsel is nog warm en je kunt hierin de rozijnen laten weken.

Deeg mengen


Klop de eieren goed los. Je gebruikt ongeveer 1,5 ei. De rest kunt je bewaren om het gebak mee te bestrijken voor het in de oven gaat.
Haal een kopje bloem uit de kom en meng er het boter-rozijnenmengsel door. Vervolgens het ei. Goed blijven roeren tot het erg kleverig aan elkaar plakt. Dan het kopje bloem toevoegen en weer goed mengen. Dit deeg is erg kleverig en zo hoort het ook ;-). Dek de kom af met plastic en laat het 1 uur rijzen.

broodjes vormen

Ondertussen smelt je 40 gram boter in een pannetje. Je smelt net iets langer dan normaal, waardoor de melkbestanddelen zich gaan scheiden van het vet en bruin worden. Dit geeft een wat nootachtige smaak (beurre noisette). Ook meng je de bruine suiker en kaneel (en eventueel de kardemom of nootmuskaat). Na het rijzen kneed je het een paar keer door met wat extra bloem en rol je het uit tot een mooie rechthoekige lap (nou ja, ongeveer dan):

Deze lap bestrijk je met de gesmolten boter en bestrooi je met  het suiker-mengsel. Rol de lap losjes op en snij er schijven van. Die leg je losjes tegen elkaar in een ingevette springvorm.

Dek de springvorm af met een stuk plastic en laat nog 45 minuten rijzen. Verwarm ondertussen de oven voor op 180 graden celcius. Ze zullen mooi tegen elkaar zitten na het rijzen. Afhankelijk van de oven bak je de broodjes 15-25 minuten, tot ze mooi bruin zijn.

Voor de echte zoetekauwen, kun je ook nog een beetje glazuur maken en daarmee de broodjes besprenkelen als ze nog warm zijn: 1 eetlepel water, 1 eetlepel citroensap en zoveel poedersuiker totdat het een lekker stroperig papje wordt en klaar is de glazuur. De citroensap maakt het lekker fris, maar alleen water is natuurlijk ook goed.

O ja, het resultaat. Ehm…het was al bijna op toen ik plots bedacht dat die foto er nog moest komen..aiaiai, net als de vorige keer:

Maar echt; ik verzeker je..het is ook té lekker. Vooral als het nog een beetje warm is.